Urbanisatie van de Watersportbaan
Tot de 19e eeuw beperkte de stad Gent zich hoofdzakelijk tot de gekende oude stadskern. Door de industriële revolutie in de negentiende eeuw kende de stad een gigantische ontwikkeling. Dit had in de eerste plaats de ontwikkeling van de wijken Brugse poort en Ekkergem tot gevolg.
Anderzijds werd door de bouw van het St Pieterstation en de Wereldtentoonstelling de wijk St Pietersstation tot ontplooiing.
De Neermeersen drongen zich op als potentiele bebouwde mogelijkheden.
Neermeersen was een moerassig gebied tot de jaren ‘50.
Het was doorsneden door een onesthetische spoorlijn. Er lagen een aantal volkstuintjes. Het was ook een vervuilde en chaotische toestand. Ter hoogte van de huidige zwaaikom lag de vuilnisbelt waar het stadsafval terecht kwam. In het vervuilde gebied stonden spaarzaam enkele bewoonde huizen. Het was een wijds gebied vol natuur en elk jaar de terugkerende overstromingen, die ’s winters bevroren en bij dooi veranderden in een vieze modderpoel. De Neermeersen waren dus lange tijd onbruikbaar en totaal van geen nut.
In dit wijdere gebied was een gebrek aan groenvoorziening en speelterreinen. Ook heeft Gent een gebrek aan fatsoenlijke sportaccommodaties
Watersport kan mondjesmaat worden beoefend op de wateren te Langerbrugge wat moeilijk te bereiken is en heel veel last heeft van de zwaardere scheepvaart op het Kanaal van Terneuzen.
De roeisport zal verdwijnen bij de demping van de Leiearm in Ekkergem.
De hengelsport kan door industriële vervuiling van de stadswateren niet meer worden beoefend.
De krotwoningen zijn dusdanig in slechte staat dat 5000 woonunits aan vervanging toe zijn.
Men ziet een oplossing voor de bovenvermelde problemen in de ontwikkeling van de Neermeersen en de Blaarmeersen. Ze beslaan een opp van 225 ha en liggen aan de noordelijke stadsrand op slechts 10 minuten lopen van het centrum. In minder dan 10 min bereikt men het St Pieterstation.
Het gebied is gelegen aan belangrijke toegangswegen voor het autoverkeer.
Men gaat de Neermeersen ophogen ten einde de Neermeersen bouwrijk te maken. Het natuurschoon van de Blaarmeersen bieden een aantrekkelijk kader voor een nieuwe stadswijk.
De aarde nodig voor de ophoging van het gebied wil men halen uit de aanleg van de watersprotbaan.
De werken starten 25 oktober 1954 en moeten klaar zijn op 25 augustus 1955 voor de internationale roeiwedstrijden
Een eerste fase is de nivellering van het terrein.
Daarna worden de schamel aanwezige huizen afgebroken
Voor de aanleg van de Watersportbaan wordt eerst een smalle geul gegraven. Deze wordt gebruikt om met cutterzuiger de waterweg uit te baggeren
Het Opgehaald zand wordt langs kilometerlange pijpleidingen naar de op te hogen terrein weggevoerd en aldaar opgespoten
Dit hele proces ia intens arbeidsintensief. Zo moeten de buizen van de pijplijnen frequent worden verlegd. Dit gebeurt allemaal grotendeels met mankracht en geïmproviseerde technieken. Een terrein van 40 hectaren wordt twee meter opgehoogd. Door de strenge winter dat jaar, stagneren de werkzaamheden gedurende ongeveer een maand
Na de winter vorderen de werken snel en men kan aldra aan de afwerking beginnen.
Niettegenstaande talrijke hindernissen en moeilijkheden komt met maximaal mankracht de 2300 meter lange Watersprotbaan op tijd klaar en konden de Europese kampioenschappen roeien van 1955 doorgaan in een majestueus kader.
Het is vandaag een trekpleister voor diverse sporters. Er worden watersporten zoals roeien, kajak en kanopolo beoefend. Ook hengelsport is aanwezig. Rond de baan is een Finse piste van ongeveer 5 km aangelegd die veel gebruikt wordt door joggers. Naast de watersportbaan liggen het recreatiedomein de Blaarmeersen en de Topsporthal Vlaanderen.
De geplande urbanisatie voorzag de bouw van een kleine 1.500 woningen (waarvan 30 % voor krotbewoners), afgescheiden van het verkeer en optimaal gezond. Door te kiezen voor hoogbouw (elf flatgebouwen) werden deze woningen gerealiseerd op slechts 14% bebouwde oppervlakte, wat veel ruimte liet voor groen, recreatie en voorzieningen. Op 24 augustus 1955 werden het urbanisatiecomplex van de Neermeersen en de nationale watersportbaan plechtig ingewijd door het stadsbestuur en de minister van Volksgezondheid en van het Gezin Edmond Leburton.