Pluimstraat
Smalle straat die een rechte hoek maakt en leidt van de Tinnen Potstraat naar het Zilverhof. Evenals in de aangrenzende straten overweegt hier een kleinschalige en verwaarloosde tot totaal vervallen bebouwing; belangrijke gedeelten, waaronder de hoekpanden met de Varkensstraat en een straatkant naar het Zilverhof zijn reeds gesloopt. Toch valt het verloop van deze karakteristieke straat nog duidelijk te herkennen. De straatarm naar Zilverhof bestaat aan de ene kant vooral uit rond 1800 in serie opgetrokken arbeiderswoningen.
Het gedeelte dat leidt naar de Tinnen Potstraat bevat vooral aangepaste woningen uit de 17de tot 18de eeuw
Het breistertje
Op de hoek van de Zilverhof en het Pluimstraatje is een venster ingenomen door een beeldhouwwerk : voor een achtergrond van een twee meter hoog blok blauwe hardsteen zit een bronzen beeld van een breistertje stevig vastgeankerd.
Tegenover haar is een verzameling voorwerpen : een stuk van een Romeinse kolom met kapitelen, een autowiel en een conserveblik. Hoog boven dit alles is een klein getralied raampje.
De betekenis van dit kunstwerk werd ons meegedeeld door de kunstenaar. Het geheel is het zinnebeeld van het leven en zou dus “het leven” kunnen heten.
De drie voorwerpen, Romeinse zuil, wiel, conserveblik, zijn zinnebeelden van dode of stervende beschavingen. Daar tegenover zit een jonge vrouw, die een alledaagse bezigheid uitoefent, nl. breien. Zij leeft en zet rustig het alledaagse leven verder. Boven alles kijkt het getralied raampje, zinnebeeld van de introspectie, het innerlijke leven van de mens.
Zelfs zonder de uitleg kan men genieten van dat lief impressionistisch uitgebeeld breistertje, een één meter hoog bronzen beeldje waar tal van bijzonderheden zijn weergegeven.
Dit werk werd er door de kunstenaar en enkele makkers geplaatst in september 1976. Het plaatsen van dit 600 kg zware hardsteenblok met bronzen beeld en zitbank ging met allerlei moeilijkheden gepaard. Vooraf moest het blinde raam worden uitgekapt en gestut. Katrollen moesten bevestigd worden.
Dit is het eerste grote werk van Jean-Pierre Clemençon, een fransman die toen met vrouw en dochter in het huis woonde.