Paul Fredericqstraat
De Paul Fredericqstraat loopt vanaf de Meersstraat in noordwestelijke richting naar de Koning Albertlaan. Deze laatste was in 1912 geopend als een belangrijke verbindingsweg tot het toen geplande Sint-Pietersstation en de Wereldtentoonstelling van 1913. Met de komst van het Sint-Pietersstation veranderde de omgeving op korte tijd van een nog grotendeels landelijke omgeving tot een levendige stationsbuurt. In 1929 was ook de omgeving rond de Koning Albertbrug in volle expansie en werden er nieuwe straten getrokken, waaronder de Paul Fredericqstraat en ook de Jakob Heremansstraat die op deze straat uitkomt. De Paul Fredericqstraat werd in 1930 afgelijnd. De straat werd, net zoals de Jakob Heremansstraat vernoemd naar een hoogleraar aan de Gentse universiteit en liberaal politicus. Paul Fredericq leefde van 1850 tot 1920.
De eerste bouwaanvragen dateren al uit 1929-1930, maar het merendeel volgde in de jaren daarna, met een hoogtepunt in 1932. De woningen werden vormgegeven in de toen populaire architectuurstijlen, waarbij een strakke art deco en het modernisme in het straatbeeld overwegen. Algemeen gesproken bestaat de straat voornamelijk uit een bakstenen interbellumbebouwing van één- en meergezinswoningen, waarbij gelijke bouwhoogtes van drie bouwlagen, de uitkragende gevelelementen, en cementbepleistering dominante gevelkenmerken zijn.
Eén getuige van het vroegere landelijke karakter van de buurt, voor de aanleg van de straat, vinden we terug op nummer 13-15. Deze villa kreeg bijpassend bij de toen moderne stijlen in de nieuwe straat haar huidige art-decogevel, maar stond hier al van voor de jaren 1830. Dit voormalige landhuis doorbreekt het aaneengesloten karakter van de straat.
Verder hebben verschillende bekende architecten uit het Gentse met hun ontwerpen hun stempel op de straat gedrukt, waaronder Ernest Snoeck (nummer 99), Emile De Nil (nummer 90), Ormond Bibauw (nummer 85-87, 89), Theofiel Desmet (nummer 67-71, 73 en 94), Armand Liebert (nummer 54) en Jules Lippens (nummer 50). Verschillende panden hiervan zijn gesigneerd en gedateerd. Op de hoek met de Koning Albertlaan eindigt de straat met een beeldbepalend hoekcomplex naar ontwerp van Geo Henderick, dat doorloopt in de Eedverbondkaai.
Robert Mussche woonde er in 1942’Hij was een dichter, bankbediende. Ondanks zijn geringe afkomst studeerde hij aan het Gentse atheneum waar hij Johan Daisne als medestudent leerde kennen. Ze werden boezemvrienden. In het derde jaar moest hij zijn studie afbreken om als kostwinner voor zijn familie aan de slag te gaan. Vroegrijp studeerde hij op eigen kracht Engels en Spaans; las hij o.m. werken van Emile Zola, Alfred de Musset, Multatuli, François Coppée en Alphonse Delamartine, en kende hij Karl Marx. Hij was fervent anti-oorlogsgezind, trok tijdens de Burgeroorlog uit idealisme naar Spanje.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd hij lid van een communistische verzetsgroep en ging hij (als “Julien”) in het verzet. In 1944 werd hij opgepakt en als politiek gevangene naar het concentratiekamp van Neugamme gevoerd. Hij werd er de ziel van het georganiseerd verzet, nam er zelfs de leiding van de Duitse opstandelingen op zich.
In april 1945 werd de hele kampbevolking onder SS-bewaking per schip overgebracht naar Lübeck. Misleid door het zien van Duitse uniformen bombardeerden geallieerde vliegtuigen het schip, waarbij het grootste deel van de opvarenden omkwam, ook Robert Mussche.
Een jaar na de oorlog, toen er geen hoop meer was dat Mussche nog zou terugkeren, publiceerde Johan Daisne een ontroerend In memoriam over hem.
Wat zijn Gentse woonplaatsen betreft: kort na zijn geboorte aan de Wondelgemse Kouter, verhuisden zijn ouders naar Gent (Hortensiastraat). In 1917 vestigden zij zich in Mariakerke (Eeklostraat) maar het jaar nadien keerden zij terug naar Gent, achtereenvolgens naar de Olmstraat (1918-), de Zegepraalstraat (1919-) en de Kerkstraat (1919-). In 1921 trokken zij naar Bellem. Twee jaar later woonde hij opnieuw in Gent, eerst in de Patrijsstraat en dan aan de Meulesteedsesteenweg (beide in 1923), vervolgens Ferrerlaan (1928-), Gezondheidstraat (1935-) en opnieuw Ferrerlaan (1938-). In 1941, na zijn huwelijk, verhuisde hij naar Antwerpen om in 1942 weer terug te keren naar Gent (Paul Fredericqstraat).
Bij het verzamelen van foto’s en documentatiemateriaal heb ik onder andere gebruik gemaakt van beeldmateriaal uit de collectie van archief Gent. Via onderstaande link kom je op hun uitgebreide site:
Voor de beschrijving van huizen en straten verwijs ik naar
https://beeldbank.onroerenderfgoed.be/images?text=gent